Tekst 1 Ik ben bij de bakker geweest. Ik had vijf bruine broden nodig. Dit weekeind komt mijn familie op bezoek. Tekst 2 Mag ik u iets vragen? Ik zoek het hoofdpostkantoor. Ik loop al een uur te zoeken. Tekst 3 Wat een mooi weer vandaag. Ik denk dat ik in de tuin ga zitten. Dan lees ik daar de krant. Tekst 4 De poes is ziek. Hij heeft overgegeven. En nu zit er een vlek in het tapijt. Tekst 5 Ik zat achter mijn bureau met de laptop voor me. Ik stuurde mail na mail. Maar ik had het idee, dat het niet werkte Tekst 6 Ik ga naar de markt. Daar wil ik groente en fruit kopen. Op de markt is het goedkoper dan in de winkels Tekst 7 Ik ben naar C&A geweest. Ik had een nieuwe jas nodig. Maar ik heb geen goedkope jas kunnen vinden. Tekst 8 Ik ben mijn portemonnee kwijt. Ik heb overal gezocht, maar niets gevonden. Waarschijnlijk heb ik hem in de trein verloren. Tekst 9 Mijn horloge doet het niet meer. Misschien is de batterij leeg. Of misschien is het uurwerk kapot. Tekst 10 Heb je zin om mee naar het centrum te gaan? Ik moet nog een cadeau kopen voor Wim. Dan kunnen we samen ook ergens koffie drinke Tekst 11 De postbode belde vanmorgen aan. Hij vroeg of ik dit pakje wilde aannemen voor de buren. En hier is nu het pakje, alstublieft. Tekst 12 Mijn vriendin is bij me komen wonen. Ik wil graag een formulier van u, om haar in te schrijven in deze gemeente. Tekst 13 Ik loop het stadhuis binnen. Ik zie de receptie en ik loop er naar toe. Ik vraag: "Waar is de afdeling Burgerlijke Stand?" Tekst 14 Ik ga naar de gangkast. Ik doe hem open en ik pak de spijkers. Maar ik kan de hamer niet vinden. Tekst 15 Ik ben te laat. Ik pak snel mijn jas van de kapstok. En ik ren naar buiten. Tekst 16 Ik heb dorst en ik ga naar de keuken. Ik pak een fles limonade en een glas. En ik schenk de limonade in het glas. Tekst 17 Ik pak een tube tandpasta en mijn tandenborstel. Ik doe tandpasta op mijn tandenborstel. En ik poets mijn tanden. Tekst 18 Ik leg het boek voor de kassière neer. Ze pakt het op en ze kijkt naar de prijs. Ze slaat het bedrag op de kassa aan en ze vraagt om het geld. Tekst 19 Ik zie een blauwe enveloppe op de deurmat liggen. Ik schrik en ik loop er naar toe. Wat moet ik nu weer betalen, denk ik. Tekst 20 Het is midden in de nacht. Het onweert, bliksemt en het stormt. Ik slaap en ik merk niets
kort verhal
achkereki jazilan okhti 3ala hada almajhod .akid okhti katir mina al akhawat ghadi ystafdo wyd3iw ma3aki .atleb mina allah an yaj3al hada fi mizan hasanatik .borikti okhti wa bi attawfi9
ماشاء الله عليك اختي مجهود رائع
ربي يجازيك كل خير اختي سريتا و يحقق ليك ما تمنيتي
allah ijazik balkhir akhti 3la had korte verhaal rah 9sarin osahlin f motanawal aljami3 ghir limabrachi ihfad hhhhhh